Karlsruhe : op weg naar het slotakkoord

De conferentie van de Wereldraad is op weg naar het slotakkoord, en voor en achter de schermen wordt druk gewerkt om een eindverklaring op te stellen. Deze verklaring verzamelt de inzichten van de conferentie en zet deze om in een verklaring die door alle aanwezige kerken onderschreven wordt en in brede kring gedeeld kan worden.

Tot die tijd blijft het nog even spannend en loopt de temperatuur letterlijk maar ook figuurlijk op. De jongeren zijn er klaar voor. Gisteren namen al een aantal het woord, niet zonder ophef betogend dat de wereldraad moet beseffen dat zij als jongeren hun hiërarchische kerkleiding alleen via de wereldraad kunnen aanspreken. Ze hebben het gevoel dat ze monddood gemaakt worden in eigen kring. Maar hoeveel ruimte kregen de jongeren werkelijk? De rij bij de interruptiemicrofoon was lang maar slechts weinigen kregen het woord.

In tegenstelling tot de jongeren zoekt de Russische delegatie het spotlight niet, maar hun aanwezigheid is ook in hun zwijgen voelbaar. De Russisch Orthodoxe Kerk heeft een afvaardiging gestuurd, maar niet de kopstukken. Dat is natuurlijk een kwestie van diplomatie, dat besef ik, Steven, goed, maar ik houd er niet van. Het kan niet anders, maar het voelt niet goed. Alles is politiek.

Binnen het grote, logge en soms vage raderwerk van de Wereldraad blijven de ontmoetingen van mens tot mens boven alles gaan. Ik, Steven, ontmoette mijn broeder en vriend Pascal Bataringaya van de EPR (Eglise Presbyterienne au Rwanda) die mij direct vroeg wanneer ik nog eens zou afzakken naar Rwanda. We hebben direct de agenda’s samengelegd en als het goed is ontmoeten we elkaar volgend jaar september. In één rij kan je samen zitten met de EPUdF (Eglise Protestante Unie de France), de Zweedse kerk en christenen uit Curaçao. We ontmoetten allerlei mensen van vooral het Afrikaanse continent, Egyptische Koptische christenen, vertegenwoordigers uit Kameroen, Nigeria, Congo, Tanzania, maar ook Australië, India, Indonesië, IJsland, Haïti, alles is hier.

Naast ontmoetingen met gelovigen die zeer van ons verschillen, zoeken we ook de ontmoetingen met onze eigen kerkfamilies. Het is helder dat de verenigde kerken (die in totaal 7 procent van het geheel uitmaken) een bijzondere plek innemen. Zij willen niet worden ingedeeld bij confessionele stromingen maar willen pioniers zijn van begrip en verzoening. Ze zijn op zoek naar het gezamenlijk geloven, croire ensemble. Ze willen zich positioneren met een positieve identiteit die niet zit in het zich aflijnen ten opzichte van anderen. Gisteravond organiseerde de kerk van Baden een organisatie voor de verenigde en zich verenigende kerken: een mooi samenzijn vol herkenning.

 

Viering van de Maaltijd van de Heer

Op de Wereldraad leven we van de veelkleurige ontmoetingen, maar toch blijft de meest fundamentele ontmoeting uit: het delen van het brood en de wijn tijdens de maaltijd van de Heer. We hebben gemist dat dit onderwerp niet op de agenda is gezet. Het samen delen van brood en wijn zo’n fundamenteel onderdeel van met elkaar als broers en zussen in het geloof ons commitment aan Christus vormgeven. In de marge van de officiële bijeenkomsten organiseerde de delegatie uit Zuid-Korea wel een gebedsbijeenkomst mét de maaltijd van de Heer en Eleonora kon daar aanwezig zijn. Het brood werd in vier stukken gebroken: één stuk om de liefde van de Heer te delen met de broeders en zusters in Noord-Korea. Eén voor alle gelovigen die lijden. Het derde stuk om te delen met alle schepsels in Gods schepping. Het laatste stuk voor alle aanwezigen om de liefde van God te delen. Helaas gooide de nog altijd aanwezige dreiging van COVID-19 roet in het eten om daadwerkelijk rond te gaan met brood en wijn. Maar na het breken van het brood en het schenken van de wijn zongen we harmonisch in Engels en Koreaans: ‘Bless the Lord, my soul, who leads me into life.” Op dat moment werden de woorden tastbaar en waar: dit is de weg van het leven, de weg die we samen gaan: de weg van het volharden in gebed voor onze broers en zussen in Noord Korea. Ik beloofde mijn nieuwe Koreaanse vrienden dat ik in de volgende kerkdienst die ik zal leiden zal bidden voor Noord-Korea en de hereniging.

 

Klimaatverandering – waar staan we over 8 jaar?

De Koreaanse viering gaf een extra dimensie aan ons besef dat we brood voor onderweg nodig hebben op onze pelgrimstocht naar rechtvaardigheid en vrede, juist omdat de toekomst zo onzeker is. Eén opmerking van een van de deelnemers bleef haken: Over 8 jaar is er weer een General Assembly, maar de wereld zal er helemaal anders uit zien – op manieren die we ons nu nog niet eens kunnen voorstellen. De klok tikt voor het beperken van de opwarming tot 1.5 graden. We hebben nog een kleine zeven jaar tot dat kritieke en onomkeerbare moment bereikt is. Het zijn vooral de jongerendelegaties hier die met passie maar ook met wanhoop in hun stem het klimaatthema telkens weer op de agenda plaatsen. Zij organiseerden ook een demonstratie met duidelijke statements over het einde van fossiele brandstoffen. We delen hun frustratie. Want ook het organiseren van een conferentie met 4000 deelnemers afkomstig van over de hele wereld, zeker als veel van hen het vliegtuig nemen, brengt ook een serieuze voetafdruk met zich mee. Helaas horen we niets over hoe de organisatie die voetafdruk zo veel mogelijk probeert te beperken en de conferentie zelf duurzaam te maken. Wat ons betreft een gemiste kans om niet alleen over dit thema te spreken, maar er ook concreet mee aan de slag te gaan.

 

Met alle volken God aanbidden

Het blijkt dus niet goed te lukken om de klimaatagenda te verbinden aan concrete acties op de conferentie. Blijkbaar zit de kracht van de bijeenkomsten er meer in om die andere verbinding te maken: al die verschillende geloofstradities verbonden in één gebed. Father Alois uit Taizé sprak vanuit zijn hart over de noodzaak om onze gemeenschappelijke identiteit in Christus vorm te geven in het gebed. Vóórdat we ook maar aan allerlei gedetailleerde dogmatische formuleringen beginnen, moeten we samen bidden. Ons gemeenschappelijk gebed drukt ons gemeenschappelijk geloof uit. En Taizé zou Taizé niet zijn als die belijdenis niet ook direct in actie, dat wil zeggen, in een gemeenschappelijk lied, werd omgezet. Father Alois ging ons voor in het a capella zingen van Laudate omnes Gentes. En alle aanwezigen, uit zo veel volken, loofden God. En toen begon de Geest te waaien.

 

Ds. Eleonora Hof, Jelle Brouwer, Steven H. Fuite

arrow