Verhalen die getuigen van geloof – waarop hoopt men na corona?

Samuel Morre – District Oost-Henegouwen -Namen Luxemburg

Er werd mij de (zeer goede) vraag gesteld, wat ik hoop en wens voor de periode na corona.

Als eerste dacht ik onmiddellijk aan het weerzien met mijn familie, met de feestmaaltijden, de verjaardagen, het plezier, ons gelach en de gezelschapsspellen ‘s avonds. Als tweede gingen mijn gedachten naar mijn vrienden, waaronder die van de jeugdwerking. Ik hoop hen spoedig weer te zien tijdens bijeenkomsten, reizen, uitstapjes (bioscoop, klimbos, zwembad, schaatsbaan, bowling, jeugdkoor, enz). Tijdens de uitstapjes delen we wel en wee en ontmoeten we andere jongeren uit verschillende gemeenten. Mijn grootmoeder is zeer bedroefd over het feit dat zij haar kleinkinderen niet mag zien, waaronder ik, mijn broer en mijn neven en nichten en hun kinderen. Ik wil haar omhelzen en haar zeggen dat we allemaal van haar houden en haar niet vergeten zijn.

 

Gyrit Ghillemyn – District Oost- en West-Vlaanderen

Als er iets wat ik door de coronacrisis heb geleerd is het dat je niet te ver vooruit mag plannen omdat je niet weet wat de toekomst brengt. Hierdoor heb ik niet echt grote dromen, ik wil alles liever op een korte termijn bekijken. Wat ik wel al weet is dat ik volgend jaar theologie wil gaan studeren en ik hoop dat dit op een normale manier, zonder maatregelen kan. Ik wens ook dat ik rap terug voetbal kan gaan kijken en terug meer mensen mag zien. Voor de kerk hoop ik ook dat we snel weer grotere diensten kunnen houden.

 

Een jonge vrouw genezen van COVID-19 – District Luik

Velen zullen zeggen dat 2020 een jaar is om te vergeten. Toch heeft deze onderbreking, die wij noodgedwongen moesten ondergaan, me in staat gesteld terug te keren naar de essentie: het belang van gezond zijn, goed omringd, in gemeenschap met anderen, gericht op God.

Het gaf me zin om nog meer tijd in Zijn nabijheid door te brengen om Zijn plannen voor mijn leven te ontdekken. Ik wil op deze weg verdergaan en mijn leven niet laten beheersen door het leven van voor de lockdown. Twee verzen uit de Bijbel sterken mij in mijn overtuiging:

“Ik kom niet om in de strijd, maar zal overleven en iedereen vertellen wat de Heer heeft gedaan.”  (Ps. 118:17);

” De mensen die het geloven, zullen hieraan te herkennen zijn: zij zullen in mijn naam boze geesten verjagen, zij zullen in nieuwe talen spreken, zij zullen slangen kunnen vastpakken, en als zij iets giftigs drinken, zal hun dat geen kwaad doen, zij zullen zieke mensen de handen opleggen en genezen. ” (Mc 16, 17).

Ik wil niet vergeten wat ik heb meegemaakt en ik wil God danken voor Zijn liefde en trouw in alle omstandigheden.

 

Getuigenis van een jongere uit Clabecq – District Franstalig Brabant

Een van mijn wensen voor het post-Covid tijdperk is dat we elkaar weer kunnen ontmoeten, elkaar in levenden lijve kunnen zien. We missen het gemeenschapsgevoel, vooral in de kerk. En dan hopen we niet alleen elkaar weer te kunnen ontmoeten, maar ook verschillende activiteiten te kunnen beoefenen.

We zijn dankbaar dat we via internet met elkaar in contact konden blijven, dat we elkaar kunnen zien en horen. Misschien is dit een kans voor de toekomst: online kunnen samenkomen, bijvoorbeeld voor degenen die zich niet kunnen verplaatsen of voor korte besprekingen.

Omdat deze crisis onze levenswijze grondig overhoopgooide, zijn mensen zich existentiële vragen beginnen stellen; door thuis te moeten blijven en vaak enkel te kunnen werken of studeren, is bij velen de vraag naar de zin van hun bestaan opgekomen. Ik hoop dus ook dat de Kerk zich tot hen kan richten en hen de hand kan reiken.

 

Benjamin (17), Jana (15), Simon (14) – District Antwerpen-Brabant-Limburg

Wat zou het fijn zijn als mensen meer zouden zorgen voor elkaar, in plaats van elkaars concurrent te zijn.

Solidariteit is makkelijker als iedereen in hetzelfde schuitje zit, zoals tijdens een lockdown. Ik wens de hele wereld ook die solidariteit toe als er geen pandemieën of nationale rampen zijn.

Ik hoop dat in de toekomst er veel meer geaccepteerd wordt, dat mensen niet meer afgewezen worden omdat ze anders zijn. Ik verlang naar een open en verdraagzame wereld. De haat moet echt de wereld uit!

De technologie mag gerust vooruit, maar dan in samenwerking met de natuur en niet ertegenin. Er mag echt respect ontstaan voor onze planeet die ons zo ontzettend veel geeft.

 

Getuigenis van een jongere uit Boussu-Bois – District West-Henegouwen

Voor de toekomst wil ik een wereld waar geen onrecht meer bestaat, een wereld waar slavernij en racisme werkelijk zijn afgeschaft op alle niveaus, zelfs in gedachten. Ik wil een wereld waar er geen discriminatie of pesterijen meer zijn. Mensen hebben niet genoeg aandacht voor de wereld om hen heen. Als iedereen meedoet, kunnen we alle dingen stoppen die ons het leven zo moeilijk maken. Er zal geen behoefte meer zijn aan betogingen tegen seksisme, racisme of politiegeweld. Er moet verandering komen zodat al degenen die lijden zich beter voelen.

Het lijkt misschien een droom, maar als iedereen dit in zijn/haar eigen omgeving zou beginnen te beseffen, is het mogelijk dat op een dag alle mensen de handen ineenslaan en broeders en zusters worden.

arrow