De nieuwe predikanten van de VPKB worden samen ingezegend

Voor het eerst zullen op 11 juni 2023 de nieuwe predikanten van de VPKB samen worden ingezegend, in een nationale eredienst in Pâturages.

Het zijn er dit jaar drie: Carl Spillmann (CAS), David Moulinasse (DM) en François Choquet (FC), drie mannen die gehoor hebben gegeven aan een roeping. Zij hebben aanvaard om alle drie tegelijk geïnterviewd te worden. Maak kennis met de nieuwe predikanten van de VPKB.

Predikant worden is gehoor geven aan een dubbele roeping, die van jezelf en die van je broeders en zusters. Wanneer voelde je je geroepen om predikant te worden? Was er een bepaalde ontmoeting die je op dit pad bracht?

Foto: François Choquet

 

DM: Het was tijdens een reis naar Burkina Faso dat ik deze roeping voelde. Ik was toen 21 jaar oud en deed een cursus verpleegkunde in een christelijke kliniek ver weg op het mooie platteland. Ik kon daarheen dankzij een samenwerking tussen mijn toenmalige kerk en de SIM[1] (zendingsvereniging).

Daar vroeg de voorganger die belast was met de zielenzorg van de zieken en het personeel mij te spreken en hij vertaalde voor mij. Ik had niet verwacht dat het me zou lukken.

CAS: De eerste roeping, die voelde ik al in mijn kindertijd. Ik herinner me de prediking van ds. Jean Luitenant in Watermaal-Bosvoorde. Hij maakte een sterke indruk op mij. Ik bewonderde zijn ijver, de positieve impact die hij had op de gemeenschap en zijn overtuiging. Als kind had ik al een sterke aantrekkingskracht voor wat er in de kerk gebeurde en voor de boodschap die er werd uitgedragen. Pas veel later voelde ik deze aantrekkingskracht als een roeping.

Mijn innerlijke roeping werd pas veel later door broeders en zusters bevestigd. Het was in feite tijdens mijn proponentschap dat ik de bevestiging kon krijgen waarop ik wachtte, namelijk dat het beginnen van lange theologische studies en de stap naar het pastoraat goede beslissingen waren. Ik denk dat ik het voelde in de reacties van de broeders en zusters op mijn prediking en tijdens mijn bezoeken. Ik begreep dat ik in het pastoraat thuishoorde. Door een aanwezigheid, door een gebed of door het verkondigen van het Woord voelde ik dat ik mijn naaste kon helpen om zin te geven aan wat hij of zij meemaakte.

Ik moet ook zeggen dat het kan gebeuren dat wat ik zei niet beviel, maar ook dat was een vorm van bevestiging, hoe vreemd het ook lijkt. Soms is ongenoegen een goede zaak als het om een goede reden is en als het helpt om een proces van bezinning op gang te brengen.

FC: Predikant worden is voor mij de vervulling van een heel oude roeping om mijn leven op een heel bijzondere manier aan God te wijden. Als kind, opgegroeid in een katholiek gezin, wist ik niet dat er zoiets bestond als een “loopbaan als predikant”! Maar toen ik overstapte naar het protestantisme, kwam die oude roeping terug. Toen ik betrokken was bij mijn kerkgemeente in de Museumkerk, werd ik benaderd door gemeenteleden die me vroegen: “Hoe zit het met jou?”

 

Wie is Jezus voor jou? Hoe heb je hem ontmoet?

FC: Ik heb Jezus niet ontmoet, hij heeft mij ontmoet, hoewel een diep christelijke opvoeding het gemakkelijker maakte! In wezen voel ik me niet waardig, legitiem of aanvaardbaar in de ogen van God – en door mijn privéleven heeft de Kerk dit gevoel soms weerspiegeld. Desondanks geloof ik rotsvast dat God van mij houdt. En het is Jezus die mij die liefde laat zien en hoe ik daarop moet reageren. Dit “ondanks” is fundamenteel voor mijn christelijk leven. Paul Tillich zou het hebben over aanvaarden om aanvaard te worden ondanks dat je je onaanvaardbaar voelt.

DM: Rond mijn 19e ging ik door een moeilijke periode. Ik zag niet waar mijn leven heen ging. Ik was net gezakt voor mijn eerste keuze van hoger onderwijs en ik had geen hoge dunk van mezelf.

Toen kwam ik Openbaring 3:20 tegen: “Ik sta aan de deur en klop. Als iemand Mij hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en met hem de maaltijd nuttigen en hij met Mij.”

Dat was de eerste stap van een lange zoektocht. Terugdenkend aan wat mij als kind was bijgebracht, zei ik eenvoudigweg tegen mezelf dat ik de deur zou openen en zou zien wat er zou gebeuren. Hoewel ik in de Kerk was opgegroeid, had het Evangelie me nooit meer uitgedaagd dan dat.

Toen de deur eenmaal open was, merkte ik veranderingen in mijn leven. Ik merkte dat God iets in mij bewoog en dat ik waarde had.

Voor mij is Jezus vooral degene die zin geeft aan het leven en gebroken levens heelt.

CAS: Jezus is mijn Heer en Redder. Hij is degene die mij hoop brengt wanneer ik wanhoop aan de mensheid. Hij is degene die zin geeft aan mijn dagelijks leven. Voor mij is Jezus een gids, een licht, een houvast. Ik probeer heel bescheiden mijn stappen in de zijne te zetten. Het is een zeer ambitieus doel en zeer moeilijk te bereiken. Maar Jezus is ook degene die mij eraan herinnert dat God van mij houdt, ondanks mijn beperkingen en fouten.

Mijn eerste ontmoeting met Christus was door het lezen van de Bijbel. Ik ontmoette iemand die niet was zoals anderen, iemand die van alle tijden was. Iemand die de kleinen, de uitgestotenen, de gemarginaliseerden en ook de wil van God serieus neemt. Vervolgens ontmoette ik Jezus door mijn dorst en drang, mijn drang naar gerechtigheid, mijn dorst naar andere dingen, mijn verlangen om te denken dat het anders zou kunnen, mijn drang om een rijk en vol leven te beleven. Tenslotte kan ik dagelijks dicht bij hem blijven door gebed, door het ontmoeten van inspirerende mensen en door het lezen van het Woord.

Foto: Carl A. Spillmann

 

En wat betekent uw kerkgemeente voor u?

CAS: De kerkgemeenschap Quaregnon is een gemeenschap die bestaat uit een kern van gemotiveerde en dynamische gemeenteleden die verenigd zijn rond het idee dat de Kerk moet groeien. Rond deze kern verzamelen zich leden die in deze gemeenschap een broederlijke liefde zoeken die dagelijks wordt beleefd.

Verre van ontmoedigd te zijn door de secularisatie en door het aantal leden dat de laatste jaren is afgenomen, staat deze gemeenschap er goed voor. Tegenover al deze uitdagingen moeten we ons niet laten ontmoedigen, maar de mouwen opstropen en ondanks alles doorgaan. Zoals in de Bijbel staat: “Ik kan alle dingen doen in hem die mij kracht geeft. (Filippenzen 4:13)

De ontmoeting met deze gemeenschap vond plaats tijdens de Covidperiode in juli 2020. Ik had net mijn theologiestudie in Genève afgerond en was op zoek naar een pastorale opleiding. Een advertentie op een Zwitserse website leidde me naar België en naar de gemeenschap van Quaregnon. De uitwisselingen waren hartelijk en de gemeenschap van Quaregnon heeft ons goed geholpen bij alle stappen in verband met een internationale verhuizing. Tijdens mijn proponentschap was ik meestal in Brussel of Charleroi, maar mijn vrouw en kinderen gingen naar de gemeenschap van Quaregnon, die het dichtst bij ons huis lag.

Aan het einde van mijn proponentschap moest ik een gemeenschap kiezen om predikant te worden. De keuze was moeilijk omdat de contacten zowel in Brussel als in Charleroi zeer goed waren. Bovendien, als men veel in een gemeenschap investeert, wil men natuurlijk voortzetten wat begonnen is.

Maar ik voelde dat ik een vorm van stilzwijgend engagement, een moreel engagement, moest nakomen. Ik heb gekozen voor Quaregnon, een gemeenschap die ons veel heeft geholpen bij onze internationale verhuizing en waar mijn vrouw en kinderen aan gewend zijn geraakt.

 

DM: Clabecq is een gemeente die mij niet onbekend was. Toen ik jeugddiaken was in het district BF, ging ik er regelmatig heen om er samen met de jeugdwerkers bijeenkomsten te organiseren.

Ik vond deze gemeente altijd inspirerend. Ondanks het feit dat lange tijd slechts enkele mensen naar de erediensten kwamen, heeft Clabecq gevochten om te overleven en vandaag worden de diensten gevierd met ongeveer 50 aanwezigen, inclusief kinderen.

Er is een grote dynamiek in de gemeente! Veel mensen proberen zich in te zetten voor de glorie van God en het welzijn van allen.

Ik moet zeggen dat ik al tijdens mijn studie aan de theologische faculteit in Brussel de gemeente Clabecq voor ogen had als de kerk waarin ik me wilde investeren. Ik ben dus heel dankbaar dat ik daar ben! Mijn vrouw, mijn kinderen en ik werden er zeer goed ontvangen.

FC: Ik heb voor het eerst gepreekt in Jemappes in februari 2020, enkele weken voor de eerste lockdown. De ontmoeting verliep heel goed. Daarna kreeg ik de gelegenheid om daar mijn tweede deel van het proponentschap te doen (na een eerste deel in Luik-Marcellis, naast Judith van Vooren). Aan het einde van mijn proponentschap werd ik door de Synodale Raad beroepbaar verklaard en heeft de gemeente Jemappes mij op 13 november 2022 gekozen.

Van deze gemeente zou ik willen zeggen dat het een kleine gemeenschap is die wil leven en dat met verve heeft laten zien tijdens de lange jaren dat zij vacant was. Het is een protestantse gemeente die geworteld is in de gereformeerde traditie, en sterk verankerd in de arbeiderscultuur van de Borinage.

 

Jullie zijn alle drie echtgenoten en vaders. Legt u een verband tussen uw gezinsleven en uw pastorale leven? Is het gemakkelijk om die twee te combineren?

CAS: Er is noodzakelijkerwijs een verband tussen het pastorale leven en het gezinsleven. Predikant zijn is geen baan die je van 9.00 tot 18.00 uur doet en dan de knop omdraait als je thuiskomt. Zo werkt het helemaal niet.

Het is niet altijd makkelijk om die twee te combineren. Tegenwoordig werken vrouwen en dat is een goede zaak. En soms moeten ze zelfs in het weekend werken, vooral op zaterdag in het geval van mijn vrouw. Deze realiteit is vergelijkbaar met wat sommige van onze gemeenteleden meemaken. Gelukkig zijn de gemeenteleden zeer welwillend als ik af en toe door mijn kinderen moet worden vergezeld voor bepaalde activiteiten. En het is een kans om een vorm van generatieoverschrijdende gemeenschap te ervaren.

DM: Het is niet altijd gemakkelijk om zo beschikbaar te zijn voor mijn gezin als ik zou willen. Ik hoor mezelf regelmatig zeggen “nu even niet”. Maar ik probeer er zoveel mogelijk voor hen te zijn. Daarom zorgen we er als gezin altijd voor dat we één vrije avond per week hebben om samen activiteiten te doen die we ieder voor zich bepalen. Mijn vrouw en ik verdelen ook de huishoudelijke taken. Ik zorg bijvoorbeeld voor het huiswerk van de jongens en haal ze op van school.

Soms, en gelukkig maar, overlappen predikantschap en gezinsleven elkaar. Zo ben ik blij dat mijn dochter bij me is voor de jeugdgroep en, over een paar weken, voor de catechetische opleiding die we aan het opzetten zijn.

Door mijn betrokkenheid bij de SPJ in voorgaande jaren, die nog steeds voortduurt, heb ik ook tijd kunnen doorbrengen met mijn kinderen op reizen als animator en zelfs als aalmoezenier.

FC: Het is niet gemakkelijk om die twee te combineren, want het leven is zo druk! Maar mijn man is zeer toegewijd aan mij. Mijn gezin is zeer goed ontvangen door de gemeente; ik kan me geen predikantschap voorstellen zonder mijn gezin.

 

De inzegeningsdienst zal een nationale dimensie hebben. Hoe voelt u zich, nu dit moment nadert? Wat betekent de VPKB voor u?

FC: Op dit moment besef ik het niet helemaal. En omdat ik nog nooit zo’n dienst heb bijgewoond (met verschillende ingezegenden, buiten de eigen gemeente), weet ik niet echt wat ik moet verwachten!

Voor mij is de VPKB een orkest: verschillende instrumenten komen samen om God te aanbidden. Sommige ken ik goed, sommige begrijp ik niet echt, sommige heb ik onlangs ontdekt…

CAS: Ik voel me gelukkig nu de inzegening nadert. Het is zowel een vorm van vervulling, omdat het de vervulling is van een proces dat vele jaren geleden begon toen ik besloot een pastorale carrière te beginnen, maar het is ook iets nieuws dat zich opent. Iets nieuws waaraan ik graag deelneem.

De VPKB vertegenwoordigt voor mij de Kerk met een hoofdletter K, de Kerk met haar goede kanten maar ook met haar zwakheden, haar grenzen. Voor mij is de VPKB een grote familie, broeders en zusters die zo goed mogelijk willen werken, met ups en downs, maar ook met vastberadenheid en moed voor Christus en zijn Blijde Boodschap.

DM: Ik ben erg blij dat dit moment op nationaal niveau plaatsvindt. Ik moet zeggen dat mijn faculteitsopleiding en mijn proponentschap mij hebben geholpen om mijn begrip en visie op de VPKB te verruimen.

Predikant zijn van de PKB voordat je predikant bent van een plaatselijke gemeente is in mijn ogen een uitstekende zaak. Het stimuleert elke predikant tot samenwerking met de verschillende VPKB-gemeenten en het pastorale corps. Het idee van teamwerk en het realiseren van gemeenschappelijke projecten spreekt mij aan! Ook al hebben we verschillende strekkingen binnen de VPKB, ik geloof dat we van elkaar kunnen leren en dat we samen sterker zijn dan apart.

 

Hoe ziet u uw functie als predikant? Heeft u bepaalde wensen voor uw toekomst als predikant, plannen om te delen?

Foto: David Moulinasse

DM: Ik zie het in samenwerking. Samenwerking met collega’s, samenwerking met de leden van de kerkenraad, samenwerking met de kerkgemeenschap, samenwerking met de kerkgemeenschappen die al dan niet een predikant hebben. De viering van de Heer door de eredienst en alle andere activiteiten is ieders zaak, het is de dienst van het volk voor God.

Op plaatselijk niveau probeer ik de predikant van allen te zijn: van hen die regelmatig komen en van hen die we zelden dien, van hen die het goed doen en van hen die gekwetst zijn door het leven, enz. Ik hecht veel belang aan zowel opleiding/onderricht als relaties. Om een levende kerk te zijn, moet je een kerk zijn die relaties opbouwt.

FC: Het pastoraat wordt geconfronteerd met tegenstrijdige verwachtingen: sommigen willen graag een predikant hebben zoals 70 jaar geleden, terwijl anderen de tafels willen omverwerpen. Wat me duidelijk lijkt is dat we niet langer kunnen wachten tot de mensen naar ons toe komen. Naar de kerk gaan is tegenwoordig al ingaan tegen de stroom.

Meer dan projecten, heb ik dromen. Ik noem er twee. Ten eerste zouden we kunnen denken aan de oprichting van regionale huizen van het protestantisme, plaatsen van herbronning voor alle mensen die betrokken zijn bij het leven van de kerk: vrijwilligers, pioniers, predikanten… Ik zou ook willen dat de kerk moedig is en een “huis van gebed” durft te lanceren, waar geëngageerde mensen dagelijks de dienst vieren, een vorm van gemeenschapsleven die het Evangelie doet schitteren.

 

[1] https://www.simorg.fr/qui-sommes-nous

arrow