Wat te doen en wat te laten, indien u een melding of klacht over (mogelijk) seksueel misbruik krijgt door een predikant of andere ambtsdrager in de gemeente.
Van de kerk mag gevraagd worden zo goed mogelijk om te gaan met slachtoffers, schuldigen, hun partners, de gemeente, kortom met iedereen die erbij betrokken is.
Wat wel te doen
- Realiseer u dat een beschuldiging geen feit is. Het is een beschuldiging, niets meer en niets minder.
- Realiseer u echter ook dat de meest onwaarschijnlijk lijkende beschuldigingen waarheid kunnen blijken.
- Maak onderscheid tussen een melding en een klacht. Een melding is niet meer dan een mededeling, waarop iemand (nog) geen actie verwacht. Een klacht is een formele handeling, waarop een juridisch traject volgt.
- Verwijs degene die u aanspreekt met een melding of klacht door naar het meldpunt Misbruik (meldpuntmisbruik@protestant.link) voor hulp en begeleiding. Daar wordt hij/zij in contact gebracht met een vertrouwenspersoon die kan helpen bij het verwerken van wat is gebeurd en die ook kan helpen bij de beslissing of, hoe en waar een klacht wordt ingediend.
- Realiseer u dat gebruik maken van de kwetsbaarheid van iemand binnen een professionele relatie strafbaar is volgens het Wetboek van Strafrecht. Seksueel misbruik in het pastoraat valt daar ook onder.
- Als een klacht is ingediend tegen de predikant of kerkelijk werker, geef dan op het juiste moment de juiste informatie aan de gemeente ; in ieder geval : kort, zakelijk, feitelijk.
- Houd er rekening mee dat iedereen in de gemeente op een of andere manier betrokkene is. Zorg dat alle betrokkenen adequate begeleiding krijgen.
- Zorg de de verschillende betrokkenen (veronderstelde misbruikte, veronderstelde pleger, familieleden, andere gemeenteleden) door verschllende mensen begeleid worden.
- Zorg dat de begeleiders enige vorm van overleg met elkaar hebben.
- Schakel een externe deskundige in om de kerkenraad te begeleiden.
- Zeg -als dat nodig is- dat u iets niet kunt. Soms is dat het meest professionene wat u kunt doen. Verwijs in zo’n geval wel door.
Wat niet te doen
- Bagatelliseren van het verhaal.
- Misbruik benoemen als ‘overspel’.
- Direct proberen te bemiddelen voordat voldoende duidelijk is wat er speelt.
- Te snel een klacht (doen) indienen, zonder er (voldoende) rekening mee te houden of klagende daaraan toe is.
- Klagende oproepen een klacht in te dienen, teneinde de veiligheid in de gemeente te herstellen.
- Klagende oproepen een klacht in te dienen, ter voorkoming van andere slachtoffers.
- De misbruikte oproepen te vergeven, los van erkenning van schuld of berouw van de pleger.
- De misbruikte oproepen te vergeven, voordat zij of hij het aangedane heeft verwerkt.
- De misbruikte verantwoordelijk stellen voor de rust in de gemeente.
- Als predikant /directe collega van beschuldigde de klagende begeleiden: u bent zelf betrokken bij zowel klager als aangeklaagde. Het is niet altijd professionnel om in te gaan op vragen om pastoraat.
- Uit angst voor de gevolgen te weinig informatie geven aan de gemeente. Het risico dat het omgekeerde gebeurt van wat u hoopt te bereiken : roddel en achterklap.
- Te veel informatie geven : de gemeente hoeft niet alle details te weten.