Gedachtenuitwisseling: leren over godsdienst in de kerk of op school

Christel Meli is het hoofd van de Franstalige catechetische dienst van de VPKB. Bernard Locoge is leraar godsdienst en lid van CERPE (de ((Franstalige)) Commissie voor Protestants en Evangelisch Godsdienstonderwijs, een commissie van de ARPEE). Tijdens 3 radio-uitzendingen in september 2023 in het programma Au Fil de la Vie op RCF Bruxelles, namen ze de tijd om met elkaar in gesprek te gaan, om te vergelijken wat er allemaal komt kijken bij catechese en godsdienstles, om lesmethodes uit te leggen en vooral om hun passie voor lesgeven te delen. Hier volgt een voorproefje van die gesprekken. De programma’s zijn (in het Frans) te vinden op de website van de radio https://www.rcf.fr/actualite/au-fil-de-la-vie. Het volledige interview is in schriftelijke vorm in de drie landstalen beschikbaar op onze website www.protestant.link.

 

Wat zijn de spirituele en religieuze behoeften van kinderen en tieners?

CM: Dat is een interessante vraag. We hebben vaak de neiging om kinderen behoeften op te leggen. Door uit te gaan van hun behoeften, geven we onszelf ook de basis om precies op hun vragen te reageren. Eerst en vooral hebben jongeren fundamentele existentiële behoeften, zoals in het leven zelf. Ik kan er drie bedenken:

De emotionele behoefte, geliefd te zijn en een structuur te vinden waarin ze zich geliefd voelen en waarin ze aangemoedigd worden door de catechist en door de omgeving die rond de Bijbeltekst gecreëerd wordt.

Cognitieve behoeften: het is belangrijk om te leren en te begrijpen; er moeten leermethoden ontwikkeld worden, zodat catechese niet alleen een manier is om de hersenen te vullen, zodat het kind of de tiener zich kan toe-eigenen wat hij of zij bestudeert.

De behoefte om gehoord en vooral begeleid te worden, zodat ze zich veilig voelen en een kader hebben waarbinnen de Bijbelse tekst een impact kan hebben op hun leven.

BL: Christel de behoeften goed in kaart gebracht – wat mij betreft gaat het om tieners want dat is het publiek waar ik mee werk. Ik wil er graag aan toevoegen dat tieners hun referentiekader kwijtraken en dat godsdienstlessen – zoals catechese – er zijn om hen een bijbels referentiekader te geven, omdat soms het lezen van de Bijbel of zelfs het kennen van de Bijbel niet genoeg is. Kunstmatige intelligentie, die 30% van alle banen zal vervangen, en de gevaren van opwarming van de aarde en vervuiling. Er zijn allerlei soorten angsten en zorgen. We moeten in staat zijn om uit te gaan van de zorgen en standpunten van tieners en ons samen met hen een weg banen. Voor mij gaat het bij protestants godsdienstonderwijs meer om spirituele en theologische ondersteuning dan om pure kennis, zoals ik het zag aan het begin van mijn werk als docent.

Bernard Locoge, is dit iets dat op school in praktijk kan worden gebracht?

BL: Dat noemen we pedagogie en het is de uitdaging van de leerkracht om het vertrouwen van de leerlingen te winnen en hen dan te begeleiden, met hen te werken. Maar ik geloof dat als de vonk er is, er vertrouwen ontstaat. En ik geloof dat sommige leerlingen, vooral in de grotere klassen, ontvankelijk zijn. Maar ik denk graag aan de gelijkenis van de zaaier…… het zijn de kleine zaadjes die we in hun leven planten. Dat is alles waar we op kunnen hopen.

Is het makkelijker in een gemeente?

CM: De omstandigheden zijn niet noodzakelijk gemakkelijker in een kerk. Om aan de behoeften van kinderen en tieners te voldoen, moet je een aangepaste en aanpasbare pedagogie ontwikkelen. Als je jonge mensen wilt opleiden, moet je eerst jezelf voortdurend bijscholen. Ze groeien snel op, de wereld verandert snel. De methode van gisteren is niet noodzakelijkerwijs de methode van vandaag of morgen.

Philippe Meyeureux benadrukt dat een pedagoog een leider is die zich inzet voor de ontwikkeling van degenen die aan zijn of haar zorg zijn toevertrouwd. Deze oproep tot zelfverwezenlijking is heel interessant… de geleidelijke opbouw van het vermogen van de catechisanten om zelf te beslissen over hun eigen geschiedenis is de sleutel. Om dit te bereiken is het luisteren naar de kinderen een belangrijke houding.

Ik kom uit een wereld waar we niet naar kinderen luisteren, we vullen ze op. Kinderen worden gezien als vruchtbare grond waarin je moet zaaien.

Ik daarentegen zeg graag dat kinderen theologen zijn. Pedagogie is extreem belangrijk. Het is de enige manier om met kinderen te werken, die ook ons veranderen. Als theologen hebben ze het vermogen om ons te ontroeren. Beetje bij beetje worden ze zelfstandig in hun geloof.

Wat zijn de verschillen tussen godsdienstonderwijs op school en in de kerk?

BL: Zowel catechese als godsdienstonderwijs zijn in de loop der tijd sterk geëvolueerd. De eerste catechisaties, in de tijd van Luther en Calvijn, boden pure kennis. In die tijd wisten mensen niets over het protestantisme. Je moest ze niet alleen de melk geven, maar ook het vlees.

Als jonge docent waren mijn cursussen erg moeilijk qua kennis en leerstof. Ik ben geëvolueerd naarmate ik volwassener werd, vooral toen we de lessen herstructureerden van twee uur per week naar slechts één uur. Ik heb mijn lessen meer gericht op…

Catechese heeft als doel het geloof te ontwikkelen, in een kerkelijke omgeving vertrouwen ouders op de leraar om les te geven, maar ook om iets in de harten van kinderen en tieners te ontwikkelen.

Op school staan godsdienstlessen niet alleen open voor protestanten, maar voor iedereen, zelfs atheïsten, agnosten, katholieken, etc. Het doel van godsdienstlessen is niet om geloof op te wekken, maar om leerlingen aan te spreken, waarbij lesmethoden worden gebruikt om hun vragen te stimuleren en hen stof tot nadenken en aanknopingspunten te geven.

Christel, je zegt vaak dat kinderen theologen zijn:

CM: Een van mijn professoren aan de faculteit zei altijd dat theologie niet alleen een verhandeling over het Woord is, het is veel meer dan dat. Theologie is het begrijpen van geloof in verschillende situaties. Dus als ik zeg dat een kind een theoloog is, dan is dat omdat ik denk dat hij redeneervermogen heeft, ondanks zijn jonge leeftijd. Op 7-jarige leeftijd is de vorming van het kind nog niet voltooid, maar hij of zij leeft en maakt ervaringen mee die hem of haar de mogelijkheid geven om een gesprek te voeren en zich uit te drukken over Bijbelteksten. Kinderen weten volwassenen te raken en hen dingen te leren. We zouden vaker naar hen moeten luisteren.

BL: Adolescenten zijn misschien minder theologen dan kinderen, omdat ze al een bepaalde kennis en denkpatronen hebben verworven. Ze denken dat ze alles weten, maar als je een beetje aan de oppervlakte krabt, realiseer je je dat er vaak gaten in hun kennis zitten. Het is als het bouwen van een legpuzzel: je moet beginnen met deze stukjes kennis, teruggaan naar de wortels en de ontbrekende stukjes vinden om hun kennis te verstevigen in lijn met hun persoonlijke ervaring. Ze kunnen een heel verschillende theologische achtergrond hebben. Je moet dus proberen objectief met hen mee te denken, zonder hen te beïnvloeden door je eigen overtuigingen. Je moet hen helpen de Bijbel en de actualiteit te begrijpen.

Je praat veel over het verband tussen de Bijbel en de actualiteit, Bernard, is dat belangrijk?

BL: Karl Bart zei altijd dat hij de Bijbel in de ene hand had en de krant in de andere. Je moet een link kunnen leggen tussen de Bijbel en de actualiteit. Tieners zijn dol op de actualiteit, ook al lijken hun bronnen voor volwassenen soms onbetrouwbaar, zoals sociale netwerken. Leerlingen zijn altijd erg geïnteresseerd als we ze een protestantse lezing van het nieuws aanbieden.

CM: Daar ben ik het helemaal mee eens. Wat er in de wereld gebeurt, klinkt ook door in de harten van jongeren, en de beste manier om betekenis te geven aan het geloof is om de Bijbeltekst te kunnen linken aan de actualiteit.

Zet de aanhoudende secularisering van onze samenleving het leren over godsdienst onder druk?

BL: Vroeger was het vanzelfsprekend dat jongeren een Bijbelse en religieuze basis hadden. Door de secularisatie weten veel jonge protestanten weinig over de Bijbel en praten hun ouders er thuis niet veel over, dus praktiseren ze niet veel. Als docent voel ik de volle kracht van de secularisatie. Al was het maar door de verandering van lessen van 2 uur naar 1 uur. Voor sommige mensen, die tot actiebereide minderheden behoren, wordt religie gezien als niet geschikt voor de openbare orde en moet het worden verbannen naar de privésfeer. Het is verbazingwekkend als je denkt aan de strijd van Martin Luther King, die niet in de privésfeer plaatsvond. Als dezelfde mensen Paus Pius XII bekritiseren omdat hij niet meer aandacht heeft gevraagd voor de Shoah onder katholieke gelovigen, is dat ook geen privéaangelegenheid. Religie wordt steeds meer naar de zijlijn verwezen,

Nu wordt het laatste uur godsdienstles dat nog op scholen wordt gegeven bedreigd. Veel politici willen er een facultatief vak van maken dat buiten het lesrooster valt, wat de doodsteek zou betekenen voor de godsdienstlessen.

CM: Catechese krijgt ook een klap, en niet alleen catechese; er is ook een algemene daling in kerkbezoek. Als de ouders niet naar de eredienst komen, komen de kinderen ook niet. Daar zijn verschillende redenen voor: gescheiden ouders, ouders die op zondag werken, corona, etc. Wat er ook gebeurt is dat er een crisis is in de overdracht en dat kinderen heel weinig weten over de tekst en de personages van de Bijbel. Je moet vanaf de basis beginnen, en dat is niet gemakkelijk omdat ze niet regelmatig met hun ouders naar de kerk gaan. Dus moeten we catechese opnieuw uitvinden, en daar heb ik geen antwoord op.

BL: Oorspronkelijk ging catechese over Bijbelkennis. Vandaag gaat het over mensen warm maken voor het geloof. We moeten catechumenen meer vragen stellen over wat dit protestantse erfgoed voor hen betekent, in termen van hun geloof, hun waarden, enz.

Waarom is het nodig om naast de catechese in de kerk ook een godsdienstles te hebben?

BL: Het is belangrijk omdat we met de godsdienstles leerlingen kunnen bereiken die niet protestants zijn en die anders nooit de kans krijgen om het geloof te ontdekken. Deze jongeren ontwikkelen en groeien op in een niet-kerkelijke omgeving, zonder engagement als doel. Het is veel vrijer, het is een kans om bakens uit te zetten en naar de leerlingen te luisteren en uit te gaan van hun situatie, wat die ook is, of die nu christelijk, protestants, katholiek of anders is. In feite is het protestantisme veelzijdig en dus moet je je als godsdienstdocent kunnen interesseren voor en begeleiden van leerlingen die zowel pinkstergezind als liberaal zijn, je moet je echt aan iedereen aanpassen.

Wat is uw boodschap aan catechisten en godsdienstleraren vandaag de dag?

CM: Wees in ieder geval een catechist die in beweging is, die geen oogkleppen op heeft, die openstaat voor de wereld, die bijschoolt, die veel leest, die openstaat voor de wereld, die zijn of haar theologische en pedagogische vaardigheden ontwikkelt. Elke catechist en elke persoon die beweert voor kinderen te zorgen, moet zich voortdurend blijven bijscholen.

BL: Als lid van de CERPE realiseer ik me dat kandidaten vaak geloof en liefde voor kinderen hebben, en graag hun geloof in Jezus Christus delen. Maar liefde uitstralen is niet genoeg, je hebt vaardigheden nodig. Je moet deze subjectieve en relationele inzet combineren met een gedegen opleiding. En daarom biedt de faculteit een aanvullende opleiding tot godsdienstleraar.

 

Fotos: Bernard Locoge et Christel Meli

arrow